Stand-Alone Relaismodule (4 uitgangen)

• Functiebeschrijving

  De module heeft 5 potentiaalvrije ingangen voor het koppelen van standaard drukknoppen (N.O.) Ingang 1 t.e.m. 4 bedienen overeenkomstig de uitgangen 1 t.e.m. 4. De A-ingang functioneert met een puls tussen 0,7sec en 3sec als een “Alles Uit”-commando. Een lange puls > 3sec op de A-ingang functioneert als “Alles Aan”-commando. Door het met elkaar koppelen van de A-ingangen van verschillende Stand-Alone-modules kunnen meerdere uitgangen op verschillende modules in groep gestuurd worden. 

  De REL04SA heeft net zoals iedere Qbus module, een uniek serienummer die bij het configureren, in de configuratiesoftware System Manager III, wordt ingevoerd. Alle geprogrammeerde gegevens blijven intern opgeslagen in een permanent geheugen.

  De functionaliteit van de uitgangen is in Stand-Alone modus beperkt wijzigbaar via de drukknoppen op het front van de module. Voor de reeksen REL04SA (bouwjaar 2012 – 2024) met serienummers 05xxxx of 06xxxx kan in SA-toestand gekozen worden tussen een “Aan/Uit” (Bistabiele mode) of 2 toets Rolluikmode (ROL02T). De vernieuwde reeks REL04SA met serienummers beginnend met 0040, hebben bijkomende SA-functies die zoals onder andere vergeettimer en trappenhuisautomaat. 

  Het functioneren van ingang A kan je aanpassen wanneer de REL04SA aan een Qbus CTD controller gekoppeld is door middel van de Qbus configuratiesoftware (System Manager III). Zo kan je de ingangsvertragingen, alsook een cascadetijd voor de gehele module tussen 0 en 254seconden instellen. Ook kan je per uitgang bepalen of deze al dan niet mag gestuurd worden bij een “Alles Uit” en/of “Alles Aan”-commando op de A-ingang. 

  De cascaderegeling vermijdt een piekbelasting wanneer bij voorbeeld veel lichtkringen gelijktijdig via ingang A worden gestuurd. Eens deze wijzigingen zijn geprogrammeerd, kan de module afgekoppeld worden en met deze instellingen Stand-Alone verder werken. Ook zijn er 4 aansluitingen waar je door middel van een geschikte externe voeding met een spanning van 5-24Vdc, led terugmeldingen kan aansluiten. 

  Indien relaiscontacten 1&2 en/of 3&4 van de REL04SA zijn ingesteld als rolluiksturing, dan laat de module het niet toe om tegelijk een Op en een Neer-contact aan te sturen. Het is ook niet mogelijk om snel om te schakelen tussen een OP-commando en een NEER-commando. De module beveiligt op deze manier de motoren tegen ongewenst snelle omschakelingen waardoor een motor beschadigd of ontregeld kan worden.

  De werkingsmodi van de REL04SA kan aangepast worden via de drukknoppen op de module of door middel van een tijdelijke of permanente verbinding met een CTD via System Manager III

  Indien er een CTD is aangesloten, is het Stand-Alone menu niet meer bruikbaar.  

  REL04SA modules met een productiedatum vanaf 03/2025 is de keuze in Stand-Alone uitgebreid (s/n vanaf 0040B18C05). Modules die beschikken over serienummer 0040xxxxxx, maar die het uitgebreide menu nog niet hebben, kunnen deze krijgen via een firmware update via een Qbus CTD. Je hebt nu de keuze uit 4 werkmodi in SA-gebruik. Naast “Aan/Uit” (Bistabiel), beschikken deze ook over de “Vergeettimer” (Timer1), “Trappenhuistimer” (Timer2) en over de klassieke “Rolluikmode” (Rol02T) Zie verder onder “3. Installatie en bedrading – Manuele bediening”. Vo

  Indien de module na een stroomonderbreking opnieuw wordt opgestart zullen de uitgangen in hun laatste positie staan.

• Technische gegevens

  Algemene specificaties:

  • Voeding: 230Vac +-10%, 50Hz - maximumbescherming C16A/2P
  • Doorslagspanning: getest op 3 kVac
  • Typisch verbruik: max. 25mA (alle relaisuitgangen aan)
  • Omgevingstemperatuur: 

                 Operationele temperatuur: 10°C tot 50°C

                 Temperatuur in stockageruimte: -10°C to 60°C

  • Maximale vochtigheidsgraad: 93%, geen condensatie
  • Bus belasting: <5mA bij nominale spanning 13,8V.
  • Maximale installatiehoogte: 2.000 meter boven zeespiegel.

   

  Uitgangen:

  • 1 – 4: Potentiaal vrije normaal open contacten

  • Maximale stroom:  
    Resistieve belasting (cos.phi = 1) 16A bij 230Vac / 30VDC

    Inductive belasting (cos.phi = 0,4; L/R = 7 ms) 8A bij 230Vac / 30VDC

  • Maximale belasting:

    Resistive belasting (cos.phi= 1) 3680VA bij 230Vac, 480W bij 30Vdc

    Inductive belasting (cos.phi = 0,4; L/R = 7 ms) 1840VA bij 230Vac, 240W bij 30Vdc

  • Contactweerstand: 100mW
  • Set/Reset tijd: 15ms max / 5ms max
  • Levensduur: 20mil. Operaties

   

  Fysische specificaties:

  • Behuizing: Kunststof, zelfdovend in overeenstemming met UL94-V0
  • Beschermingsgraad: IP20, EN60529
  • Installatie: snelle installatie op DIN-RAIL, breedte 6 modules
  • Dimensies (HxBxL): 62mm x 160,2mm x 90mm
  • Gewicht: ongeveer 0,426 kg

   

  Elektrische beveiliging

  • Bus: 13,8Vdc -18Vdc zeer lage veiligheidsspanning.
  • In overeenstemming met EN50491-5-1, EN50491-5-2, EN60529
  • Doorslagspanning: module is getest en goedgekeurd op 3kVac. (50 Hz, 1 min)
  • Niet-toxisch, in overeenstemming met WEEE/RoHS 

  CE

  • Qbus verklaart dat dit product voldoet aan alle toepasselijke Europese richtlijnen en verordeningen.
  • De EU-conformiteitsverklaring is op eenvoudig verzoek verkrijgbaar.
• Dimensionering
• Verklaring symbolen

  Apparatuur waarbij de bescherming tegen het risico van elektrisch contact niet alleen gebaseerd is op basisisolatie, maar ook op aanvullende bescherming zoals dubbele isolatie of versterkte isolatie. Er is geen mogelijkheid tot aarding.

   

  Voordat u het apparaat aansluit, is het verplicht om de handleiding van het betreffende product te lezen. ISO7000-0434

  Netaansluiting (230V) op de voedingsconnector. IEC 60417-5036

  CE-conformiteit. Alle conformiteitsverklaringen zijn verkrijgbaar op aanvraag.

• Garantiebepaling

   2 jaar vanaf leverdatum. De garantie geldt niet langer indien de module geopend werd! De garantieperiode wordt met 2 jaar verlengd indien deze werd geplaatst door een erkende Qbus installateur.

  Bij defecten dient Qbus support gecontacteerd te worden door een erkende installateur. Na registratie bij Qbus support, kan de defecte module met een beschrijving van het defect, vrij van zegel verstuurd worden naar onze Qbus support.

  Contactgegevens:       

  Qbus NV

  Joseph Cardijnstraat 19

  B-9420 Erpe-Mere

  Tel: +32 (0)53 60 72 10

  Fax: +32 (0)53 60 72 19

  Email: support@qbus.be

Algemeen

• Veiligheidsvoorschriften

  Lees de volledige handleiding vooraleer de module te installeren en te activeren.

  OPGELET

  • De module moet geïnstalleerd, opgestart en onderhouden worden door een erkende elektrische installateur in overeenstemming met de geldende legale voorschriften van het land.
  • Deze module is alleen geschikt voor DIN-rail installatie EN50022. De module moet geïnstalleerd worden in een brandvrije, gesloten verdeelkast met ventilatieroosters.
  • Vooraleer aan de REL04SA te werken moet de spanning afgezet worden.
  • Gevaar voor verwondingen! Verzeker u dat er tijdens werkzaamheden geen ongewenste of verkeerde aansturing van de motoren kan gebeuren.
  • Qbus is niet verantwoordelijk voor gebeurlijke schade ten gevolge van een verkeerde handeling van, of verkeerd gebruik van de module.
  • De module mag niet geopend worden. De garantie vervalt indien de module geopend wordt!
  • Gebruik de module niet in een omgeving die toegankelijk is voor kinderen.

Installeren en bekabelen

• Plaatsing

  Klik de module op een DIN-rail DIN EN50022.
• Voeding

  OPGELET : ONDERBREEK DE STROOMVOORZIENING NAAR DE MODULE VOORALEER AAN DE MODULE TE WERKEN!
  Een tweepolige automatische zekering van maximum C16A moet op de 230Vac modulevoeding aangesloten worden. Doorsnede van de geleider: minimum 1,5mm² bij 16A. Verwijder ongeveer 7mm isolatie van de geleider en schroef de geleider in de connector L-N.

• Belasting

  De REL04SA is per relaiscontact geschikt voor het rechtstreeks voeden en sturen van belastingen met vermogen van 16A (cos. phi = 1). De relaiscontacten zijn enkelpolig en potentiaalvrij. Zowel vaste als soepele draden kunnen gebruikt worden. Verbindt de belasting zoals aangetoond in de figuur op de volgende pagina De doorsnede van de geleiders is minimum 1,5mm² bij een beveiliging van maximaal C16A. 

  Verwijder ongeveer 7mm isolatie van de geleiders en schroef de geleiders in de connectoren. Bij soepele draad moeten adereindhulzen op de soepele draden worden geklemd alvorens deze in de aansluitklemmen te steken. Met schroevendraaier met platte kop van 0,5mm x 3mm kan de schroef van de aansluitklem worden aangedraaid. 

  Schakel de spanning pas in nadat alle verbindingen zijn gecontroleerd en de uitgangen zijn aangesloten.

• SA-ingangen

  Verwijder ongeveer 7mm isolatie van de kabel en duw de kabel in de klemmen 1 tot A. Zowel vaste als soepele draad tussen 0,5 – 1, 5 mm2 kan gebruikt worden; voor het inbrengen van soepele draad moet met een schroevendraaier op de voorziene plaats op de klem geduwd worden bij het induwen van de draad. Losmaken en wegnemen van draden, kan door bovenaan op de voorziene plaats op de klem te duwen met een schroevendraaier en de draad terug te trekken.

• Stand Alone LED-terugmelding

  Een externe 5-24Vdc voeding kan worden aangesloten op de REL04SA om een LED-terugmelding te geven voor bij voorbeeld de rechtstreeks aangesloten druktoets(en). 
• Bus-aansluiting

  Gebruik de groene afgeschermde EIB-kabel als de aanbevolen kabel wanneer de geleiders per 2 samen worden getorst om een sectie van minimaal 2 x 1 mm² te verkrijgen. Je mag een kwalitatief gelijkwaardige kabel gebruiken. De afscherming van de buskabel moet, en mag slechts, aan één uiteinde aangesloten worden op de algemene aarding van het gebouw. 

Aansluitschema

• Stand Alone

  Optie 1: Stand-Alone 

  Je kan één of meerdere modules Stand-Alone bekabelen en gebruiken. Er is géén limiet op het aantal Stand-Alone modules die via de sfeeringang A kunnen gekoppeld worden. Combinaties met andere type Qbus Stand-Alone modules om de sfeeringang A (“Alles-UIT” / “Paniek”-knop) te koppelen, zijn eveneens ongelimiteerd mogelijk. Hou de bedrading tussen drukknoppen en SA-modules zoveel mogelijk gescheiden van andere bekabeling of gebruik bij voorkeur afgeschermde bekabeling In normale omstandigheden volstaat SVV-bekabeling voor het verbinden van drukknoppen. 

  De drukknoppen voor de bediening van de uitgangen alsook de bijhorende LED-terugmelding, worden rechtstreeks op de module aangesloten. 

  Optie 2: Meerdere Stand-Alone met doorkoppeling van ingangen A 

  Indien je meerdere modules vanuit eenzelfde Stand-Alone / sterbekabeling wil connecteren en/of de A-ingang wenst door te koppelen, dien je steeds de C (Common) door te koppelen tussen de modules! Het niet onderling doorkoppelen van de C-ingang tussen de verschillende modules kan defecten veroorzaken.

  Stand Alone met Led terugmelding
• Met Qbus Controller

  Met controller zonder SA-aansluitingen

  Met controller En SA-aansluitingen

• SA-configuratie (via de toetsen)

  Om in Stand-Alone gebruik (dus zonder aangesloten CTD!) de configuratie te wijzigen, zijn er met de knopjes van iedere relaisuitgang telkens bepaalde instellingen mogelijk. 

  Je kan eens de module in configuratiemodus is, voor iedere uitgang een keuze maken voor het type werkmodus of looptijd. Om de keuze te wijzigen herhaal je de procedure om in configuratiemodus te gaan. 

  Om de module in configuratiemodus te zetten, moet telkens volgende procedure gevolgd worden: 

  1) Zet de uitgangen UIT (= de oranje LEDs zijn uit). 

  2) Duw gelijktijdig op knopje 1 en 2 en blijf deze indrukken => De rode STATUS LED begint gedurende 5seconden op een snel tempo te knipperen. De rode STATUS LED op de module zal na die 5seconden op een tragere snelheid beginnen knipperen. 

  4) Zodra de rode STATUS LED 2x is gaan knipperen op dit lager tempo, laat je het 1e knopje los en houd het 2e knopje nog ingedrukt. Laat de rode STATUS LED nog eens 2x knipperen voordat je het 2e knopje loslaat.

  De rode STATUS LED blijft nu knipperen: de module is in configuratiemodus gedurende 10 seconden of langer indien er wijzigingen worden gedaan. 

  5) Druk nu per uitgang het aantal keer dat overeenstemt met de keuze uit onderstaande tabellen 

  De oranje LED naast de drukknop licht op telkens er geduwd wordt. Onderstaande tabel toont het aantal keer dat je op de knop moet duwen om een gewenste instelling te bekomen. Nadat er gedurende 10 seconden geen wijziging meer wordt doorgevoerd, stopt de configuratiemodus. 

  Mode selecteren	Aantal maal drukken
  Bistabiel (standaard zonder vertraging)	1x
  Timer1 - Vergeettimer (standaard 30 min)	2x
  Timer2 - Trappenhuistimer (120 sec)	3x
  Rolluik 2T (comb. uitg. 1 met 2e en/of 3e met 4e relais ; looptijd 60 sec)	4x

  Nadat de mode is ingesteld en de module niet meer in configuratiemodus staat, kan je de module opnieuw in configuratiemodus brengen en de tijden van de timers of de looptijden per uitgang aanpassen:

  Tijd aanpassen	Aantal maal drukken
  Timertijd of Looptijd 2 sec.	5x
  Timertijd of Looptijd 60 sec.	6x
  Timertijd of Looptijd 120 sec.	7x
  Timertijd of Looptijd 10 min.	8x
  Timertijd of Looptijd 30 min.	9x
  Timertijd of Looptijd 255 min.	10x

• Via System Manager III

  Alle modules hebben 1 uniek serienummer waaraan de system manager de modules herkent.

  Via de SMIII kan je elke module via de bus configureren. Dit wordt via ons kenniscentrum verduidelijkt.

  De REL04(SA) heeft 4 normaal geopende contacten, waarop telkens max 16 A en 230 V (cosϕ=1) kunnen worden aangesloten. Het gaat om onafhankelijk werkende contacten waaraan telkens een afzonderlijke functie kan worden toegewezen door middel van de system manager.
  De REL08 heeft 8 wisselcontacten (Het normaal open of normaal gesloten contact kan naar keuze aangesloten worden)
  OPGELET: De REL02SA/230 daarentegen heeft twee 230V I/O’s

  Wanneer u het serienummer in het venster van de modules hebt ingevoerd, verschijnt het volgende venster. De volgende figuur geeft het programmeervenster van een REL04SA weer. 

  I/O’s kunnen worden aangemaakt vanop de module d.m.v. een klik op het '+'-teken.

  De Modus verwijst hier naar de diverse types I/O’s: bistabiel, thermostaat, timer enz.

   

  OPGELET: een REL04(SA) en REL02SA/230 heeft enkel maakcontacten. Wegens veiligheidsredenen is het NIET aan te raden om elektromotoren (voor rolluiken, gordijnen enz.) aan te sturen; hiervoor is een REL08 of ROL01PSA, ROL02(P), ROL02PSA of ROL04PSA beter geschikt.

  Wanneer u de eigenschappen van de module instelt naar “SA – Xx I/O”, dan kan u de module voorbereiden om stand-alone te werken

  Net zoals bij de andere Qbus Stand-Alone modules zal indien de module in Stand-Alone mode wordt gebruikt, de vijfde ingang (Input A: All Off/On) als een Alles Uit-knop werken (kort duwen), en als Paniekknop bij lang duwen. 
  Van zodra de module niet langer in Stand-Alone mode wordt gebruikt, dus indien ze aan een controller wordt aangesloten en via de bus spanning krijgt, werkt de vijfde ingang anders. Nu moet een sfeer worden aangemaakt via de System Manager en toegekend worden aan deze ingang (op het veld “Input 5”). Bij kort duwen wordt deze sfeer dan uitgevoerd. LET WEL, bij lang duwen wordt automatisch de volgende sfeer in de lijst van aangemaakte sferen in de Qbus System Manager uitgevoerd. Zorg er dus voor dat daar rekening mee gehouden wordt! 
  BELANGRIJK: 
  - indien meerdere Stand-Alone modules onderling verbonden zijn op deze vijfde ingang, mag slechts op 1 module een sfeer worden toegekend – bij alle overige verbonden modules moet de sfeeringang (Input 5) leeg blijven! 
  - Voor de sferen die gebruikt worden in de 5de ingang van SA modules, mogen GEEN VERTRAGINGSTIJDEN worden ingesteld op sfeerniveau zelf. De vertragingstijden worden hier ingegeven in het scherm van de module.